Monnikentocht van Sellingen naar Bourtange 29-08-2015


Runners Oost Groningen organiseert vandaag voor de negentiende keer de Monnikentocht voor marathonlopers, ultralopers, sportief wandelaars en Nordic Walking vanaf het Klooster in Ter Apel of vanaf camping De Barkhoorn te Sellingen door het fraaie landschap van Westerwolde over verharde en onverharde wegen en paden naar vesting Bourtange. 
De tocht dankt zijn naam aan het 15e eeuwse klooster in Ter Apel waarvan de langere afstanden vertrekken. Ik heb besloten om de 17 km te gaan wandelen en zal dus vanuit Sellingen vertrekken. Als ik me heb ingeschreven heb ik nog tijd genoeg om koffie te drinken want de start zal precies om 11 uur zijn.

Wachten tot het 11 uur is.
Westerwolde ligt in de “staart van Groningen” en lijkt meer op Drenthe, maar het is misschien nog wel mooier dan Drenthe. Je kunt er eindeloos fietsen en wandelen door een intiem landschap van bossen, vennetjes en beken.

Bij Groningen denk je altijd aan uitgestrekte akkers, klei, dijken en een verre horizon. Maar Westerwolde, in de "staart" van Groningen, is anders. Hier geen rechte lijnen, maar kronkelwegen, hier geen verre einders, maar intieme stukjes hei, bos of akkerland. Kronkelende beekjes en voorzichtige glooiingen in het land en doen je helemaal twijfelen: is dit echt Groningen?

Wanneer het 11 uur is mogen de marathonlopers en ultralopers eerst starten en dan de wandelaars. We gaan direct al het bos in.





Onderweg zie ik ook heel veel bramenstruiken en het herinner me aan vroeger toen we met onze ouders bramen gingen plukken en dat mijn moeder er bramensap en jam van maakte. Ik vond het toen niet altijd zo leuk als we weer ergens heen gingen om ze te plukken maar ik zou nu die eigengemaakte sap of jam wel willen hebben.


Wanneer ik ongeveer 5 km gewandeld heb kom ik bij de eerste verzorgingspost. Deze post is natuurlijk erg belangrijk voor de marathonlopers en ultralopers maar ook de wandelaars mogen hier gebruik van maken.


De tocht voert me nu naar Jipsinghuizen waar een stempelpost en verzorgingspost is. Vlak voor Jipsingshuizen blijkt er een routepaaltje afgebroken op de grond te liggen. Twee wandelaars voor me zien het paatje liggen en wij gaan de aangegeven route maar de wandelaars voor ons lopen rechtdoor ondanks dat we ze roepen dat ze een paaltje missen.


De stempelpost in Jipsinghuizen wordt o.a. bemand door Heleen haar vriend (Heleen en haar vriend zijn bij de loopgroep ROG) Ik blijf hier kort staan maar vervolg dan toch mijn weg weer.

Bij de brug over het kanaal staat sinds 1999 een indrukwekkende bronsplastiek van Eddy Roos die "De hel van Jipsinghuizen" symboliseert. Met "hel" wordt gedoeld op de dramatische omstandigheden waaronder ten tijde van de Werkverschaffing werklozen werden ingezet.

Bij het beeld hoort de volgende tekst van Cees Stolk:

Duizenden werklozen ontgonnen
de woeste gronden van Oost - Groningen.
Arbeiders spraken van een "hel".
Boeren en bazen van een "weldaad".
In Westerwolde begon de schepping opnieuw.
Dit beeld geeft vorm aan de wanhoop van toen

en de hoop op een nieuwe morgen.
bron: internet


Ik kom langs enkele monumentale boerderijen die heel mooi gerenoveerd zijn en waarbij zich ook het bakhuis nog bevindt.



Een selfie maken met een fototoestel lukt me nog steeds niet maar dit is ook een manier om je zelf op de foto te zetten.


De route voert me nu over een open stukje veld en ik zie dat er zelfs enkele wandelaars hun rugnummer hebben opgespeld maar dat is niet verplicht voor de wandelaars. Ik heb mijn nummer in mijn heuptasje zitten.








Ik kom nu bij de verzorgingspost waar Heleen met haar moeder staat. Ik blijf hier heel even voor een praatje staan maar ga toch weer snel verder want ik schat dat ik nog een kilometer of 5 te gaan heb.
Ik zie in de verte een hoogholtje en hier moet ik over.
Een hoogholtje is in de provincie Groningen de benaming voor een hoge vaste voetbrug, hoog genoeg om schepen te laten passeren.
Aan beide zijden bevindt zich een trap of steile opgang, vaak met dwarslatten.
Omdat hoogholtjes ook wel van staal of beton gemaakt zijn spreekt men ook wel (voor de grap) van hoogiezertje of hoogbetonje


Nu gaat het richting de vesting.
Tussen 1593 en 1851 was Bourtange een belangrijke vesting. De vesting was gelegen op een zandrug of ‘tange’ op de grens met Duitsland en gebouwd in een vijfhoek. In 1851 werd de vesting opgeheven en ontstond er een agrarisch dorp.
In de jaren 60 van de 20e eeuw nam de gemeente het initiatief om de vesting te reconstrueren. De plannen voor de reconstructie zijn gebaseerd op de situatie rond 1742. Rond deze tijd had de vesting zijn grootse omvang gekregen. Het plan werd uitgevoerd tussen 1967 en 1992.
Het resultaat is een prachtig vestingstadje waar bezoekers worden teruggebracht in de tijd van de 80-jarige oorlog. In het stadje worden regelmatig festivals gehouden en veldslagen nagebootst.

De route voert ons min of meer om Bourtange heen en ik zie een sentinel. Een sentinel is een schildwachtpost met uitzicht over de buitenterreinen. deze houten uitkijkposten zijn uniek in Nederland



Ik kom langs een waterplas en dan duurt het niet lang meer of ik loop de vesting binnen.








Dan kom ik op het middenplein van de vesting en meld ik mijn af. Bij het inleveren van het rugnummer krijg ik een handdoek. Er kan zelfs uit verschillende kleuren gekozen worden.

De finish


Ik word door manlief opgehaald en heb dus nadat ik iets gedronken heb nog wat tijd om in de vesting rond te kijken.






Vroege opslagplaatsen die nu garageboxen zijn voor de inwoners van de vesting 









Afbeelding van internet gehaald

Wanneer ik de vesting verlaat passeer ik het beeld de Schildwacht van Hans Mes van 1975.

Het was een mooie tocht en het was gelukkig niet zo warm als vorige week bij de Brugtocht. De tocht was iets meer dan 17 km. Het was de derde keer dat ik de Monnikentocht liep en het zal hopelijk ook niet de laatste keer zijn want Westerwolde is een prachtig gebied om te wandelen.

(Mocht iemand zich op een foto herkennen en dit niet op prijs stelt laat het me weten en ik verwijder de foto) 

Brugtocht Groningen 22-08-2015


Vandaag ga ik weer eens een wandeling doen. Het is de eerste wandeling die ik doe na de 4daagse van Nijmegen. De wandeltocht wordt georganiseerd door De Brug, De Brug is de organisatie voor sport en bewegen voor mensen met een (verstandelijke) beperking in de provincie Groningen en Noord-Drenthe. Ze organiseren deze Brugtocht al voor de 33ste keer. Ik liep deze tocht al vaker en soms met wandelmaatjes. Deze keer loop ik alleen. Manlief brengt me naar de startlocatie en als ik na het inschrijven nog een kop koffie drink en mijn garmin gps wil instellen bemerk ik dat ik deze niet heb hoewel ik er zeker van ben dat ik deze in mijn heuptas gedaan heb. De schrik slaat me om het lijf en ik bel direct manlief om te vragen of de gps nog in de auto ligt. Gelukkig wel, hij ligt nog op de achterbank. Ik ben blij dat ik mijn gps i.p.v. mijn camera niet bij me heb want ik heb de camera afgelopen week voor mijn verjaardag gekregen en wil er wat mee oefenen.


Nagekeken door een koppel ganzen begin ik dan aan mijn tocht van 25 km. De wandeling zal voor een groot deel om het Hoorsemeer, het Paterwoldsemeer en het Friescheveen gaan.

Het Hoornsemeer is een recreatiemeer ten zuiden van de stad Groningen. Het meer ligt op ca. 5 km afstand van het centrum van de stad. Het meer is ontstaan door het wegzuigen van de zandlaag die onder een veenpakket ligt. Het gewonnen zand werd gebruikt voor de aanleg van de A7 en voor de aanleg van de wijk Corpus den Hoorn-Zuid tussen 1973 en 1981. Het Hoornsemeer was eigenlijk een uitbreiding van het reeds bestaande Paterswoldsemeer.
Het Paterswoldsemeer is ontstaan in de 16e en 17e eeuw door afgraving van het veen in het gebied dat ook wel Neerwold wordt genoemd.
Het Friescheveen is het Drentse deel van het Neerwold, waarvan het Groningse deel het Paterswoldsemeer is. Het is een laagveengebied met moerasbos, riet en open water, ontstaan in het begin van de 19e eeuw door veenafgraving. Daar waar het werd afgegraven ontstond water met daartussen de legakkers waar het veen werd gedroogd. Door erosie zijn de meeste legakkers, op een aantal in het noordelijke gedeelte na, inmiddels verdwenen.




Het verwondert me altijd weer dat je ondanks dat je in een stad start zo snel het gevoel al hebt dat je in een natuurgebied wandelt.




Iedere keer als ik er wandel bedenk ik wat een heerlijke plek het daar toch is om te wonen. Je woont in een stad maar je hebt er een fantastisch uitzicht en als je van zwemmen houdt kan je er zomers dagelijks voor je deur zwemmen.


Onderweg passeer ik het kunstwerk de Bank uit 1983 van Bas de Groot.
Het is uit één brok marmer gehouwen. Door zijn min of meer ronde afwerking krijgt de bank iets comfortabels en nodigt uit om op te gaan zitten of liggen. De rondingen en het ongelijke zitvlak - van het lager en hoger deel – geven de bank een menselijk vorm. Alsof de kunstenaar een liggende figuur in de stenen bank laat rusten.
Het kunstwerk sluit volgens De Groot aan bij het karakter van het natuur- en recreatiegebied de Hoornse Meer met zijn fiets- en wandelpaden, bruggetjes en picknickplaatsen.




Het is inderdaad een prachtig natuur en recreatiegebied. Ik kom hardlopers, wielrenners, fietsers, wandelaars en vissers tegen.






Al een tijdje zie ik de molen De Helper.
De Helper is een poldermolen op de oostelijke oever van het Paterswoldsemeer. De molen is in 1863 gebouwd ten zuiden van de stad Groningen voor de bemaling van de polder Helpman met behulp van een vijzel. De molen raakte in de jaren zestig van de twintigste eeuw definitief buiten gebruik en raakte in verval. De molen werd vanwege uitbreiding van de stad Groningen en de aanleg van de A28 in 1969 op zijn oorspronkelijke plek afgebroken en in 1971 bij het Paterswoldsemeer weer opgebouwd. De bemaling is nu in een circuit aangelegd voor watercirculatie van de sloten aan de oostelijke kant van het meer. De molen is op vrijwillige basis in bedrijf.


Intussen wandel ik gezellig met een man op en voordat ik het weet heb ik er al 7,3 km opzitten. Omdat ik 25 km loop sla ik deze rust over en vervolg mijn tocht weer alleen want de man loopt de 15 km en bij de rust is ook de splitsing.




Ook dit is een mooie natuurgebied waar ik nog nooit eerder gewandeld heb en het is fijn om regelmatig in de schaduw te lopen want het is toch wel aardig warm vandaag.




Het zijn is een vrij smal pad waar ik op wandel en soms ga ik maar even aan de kant staan als er wandelaars willen passeren. Ook is er een vogel-kijkhut.




Ik passeer het mooie Buitenhuis Weltevreden wat in 1910 gebouwd is.
Wanneer ik 9,8 km heb afgelegd neem ik de rust in Sportrade en hierna ga ik het landgoed De Braak op.





Gelukkig hoef ik niet over deze brug.








Begin 19e eeuw is het parkbos in landschapsstijl ontworpen door de tuinarchitect Lucas Pieters Roodbaard, met kronkelende laantjes en sierlijke vijvers. In De Braak bevindt zich een doolhof en berceau.
In de omgeving staat het landgoed bekend om zijn roekenkolonie van wel 400 paar, en de blauwe reigerkolonie van 30 paar. De eeuwenoude bomen dienen als onderdak voor veel vleermuizen.

In het voorjaar trekken vele duizenden padden vanuit het nabijgelegen Eelderdiep en het Kluivingsbos naar de vijvers van De Braak om er hun kikkerdril af te zetten. De gazons van het landgoed worden als hooiland beheerd; door het maaisel af te voeren, blijft de grond arm en groeien er bijzondere planten zoals vrouwenmantel, hemelsleutel en gevlekte orchis. In het voorjaar bloeien er veel stinsenplanten zoals holwortel, sneeuwklokje, bosanemoon en sterhyacint.

Ik verlaat De Braak (ik heb dan 11,3 km afgelegd) en via de Hooiweg, Boterdijken Onlandseweg gaat het via Het Kluivingsbos richting het Scandinavischedorp wat een vakantiepark is. 
Het Kluivingsbos bestaat uit eikenbos met stukjes weiland en hooiland aan weerszijden van het beekje de Leijenloop. Er wordt zo min mogelijk ingegrepen in het bos, waardoor een natuurlijk en gevarieerd bos ontstaat. Er groeien bijvoorbeeld ook veel varens. Er is een blauwe reigerkolonie van ongeveer tien paar, en ook de roodborst, zwartkop, kleine bonte specht, wielewaal en buizerd komen er voor. Ook zijn er kolonies van de roze vleermuis, watervleermuis en gewone dwergvleermuis.
   



Ik passeer de nieuwbouwwijk Ter Borch die grenst aan Eelderwolde. Je zou niet zeggen dat de verkoop van nieuwe huizen de laatste jaren in een dip zit want er staan heel wat grote huizen die allemaal aan het water grenzen. Er volgt nu een lang fietspad en ik vind het er erg warm want intussen is het al middag geworden en er is helemaal geen schaduw.


Eindelijk kan ik het fietspad verlaten en kom door een wijk die ook in aanbouw is. De reiger kijkt vanaf zijn hoge plaats de wandelaars na. Het plaatsnamen bord Groningen komt in zicht maar ik zal zeker nog meer dan 5 km moeten wandelen. Gelukkig gaat het nu even over wegen en paden waar wat schaduw is. Ik begin toch wel aardig wat last van de warmte te krijgen. Er komt weer een fietspad waar geen schaduw is en ik ga nu richting P+R Transferium Hoogkerk en wanneer ik onder een tunnel doorga blijf ik hier even staan. Heerlijk om even in de schaduw te staan en wat af te koelen!
Toch blijf ik er niet lang staan want ik moet verder. Er volgt een saai stukje over een bedrijventrein langs de A7



Maar dan ga ik de Piccardthof in een prachtig siertuin. Opgericht in 1942 door de heer Piccardt, maar nog steeds springlevend. De Piccardthof is een van de toonaangevende volkstuincomplexen van Nederland.



Er staan hele mooie tuinhuisjes. Op het complex bevindt zich o.a  ook een vlindertuin, een bloementuin, een bloemenweide, een paddenpoel en een bijenstal. Het gebied kent een gevarieerde flora en fauna; hieronder ook een aantal vrij bijzondere vogelsoorten, zoals de ransuil en de ijsvogel.
Ik wist van het bestaan van deze tuin niet af.






Intussen raak ik in gesprek met een wandelaarster en we kletsen zoveel dat we niet op de pijlen letten en er opeens achter komen dat we nergens meer pijlen zien. Hoewel ik wel weet hoe ik weer bij het startbureau moet komen besluiten we om toch weer terug te gaan naar de uitgang van Piccardthof om toch de tocht te lopen zoals het volgens de routebeschrijving moet.


Het duurt niet lang of het Gasuniegebouw is weer goed te zien en dat betekent dat we ons bij de Sporthal de Brug kunnen afmelden want het startbureau is vlak bij het Gasuniegebouw.

Het was een mooie tocht en ik was blij dat ik voor de 25 km gekozen heb want ik heb nu prachtige natuurgebieden gezien waar ik het bestaan niet van wist.
Volgens de routebeschrijving was de tocht 24,3 km maar wij, Janet en ik, hebben door het verkeerd lopen zeker meer dan 25 km gelopen.
Voor mij was het eigenlijk wel iets te warm vooral op stukken waar geen schaduw was.
Het was gezellig om het laatste stukje met Janet op te lopen en ik wil haar bij deze nog bedanken dat ze me bij huis afgeleverd heeft toen ze hoorde dat ik manlief wilde bellen om me te komen halen.